"De vreugde van de HEERE, dat is uw kracht." (Nehemia 8:11). Op het moment dat deze woorden werden verkondigd, waren de Israëlieten net teruggekeerd uit de Babylonische ballingschap. Onder het leiderschap van Ezra en Nehemia had het volk de verwoeste muren van Jeruzalem weer opgebouwd en nu richtten zij zich op het herstel van de tempel en het herstel van de natie.
De mensen hadden een honger om de wet van God te horen prediken en ze waren volledig voorbereid om zich aan het gezag van God te onderwerpen. Ezra de priester "bracht de wet voor de gemeente, zowel mannen als vrouwen en al wie wat zijn verstand betrof in staat was ernaar te luisteren, op de eerste dag van de zevende maand." (Nehemia 8:3). Wat een ongelooflijke scène. Ezra predikte vijf of zes uur en iedereen vergat de tijd omdat ze zo volledig in de ban raakten van Gods Woord.
Soms werd Ezra zo overweldigd door wat hij las, dat hij stopte om 'de Heere, de grote God, te loven' (zie Nehemia 8:6). De heerlijkheid van de Heere kwam krachtig neer, en het volk stak hun handen op ter ere van God: "heel het volk antwoordde, onder het opheffen van hun handen: Amen, amen! Zij knielden en bogen zich neer voor de HEERE met het gezicht ter aarde." (Nehemia 8:7).
Een belangrijk resultaat van deze krachtige prediking was een golf van gebrokenheid onder de toehoorders. Toen zij Gods Wet begrepen, begonnen zij zich te bekeren (zie Nehemia 6:9). De meeste christenen associëren vreugde niet met bekering, maar bekering is eigenlijk de moeder van alle vreugde in Jezus. Ik geloof dat de Heere vandaag op dezelfde manier naar Zijn volk wil gaan. Maar dat vereist een volk dat erop gebrand is Gods Woord te horen en het te gehoorzamen.
Wanneer we ons hart erop zetten om Gods Woord te gehoorzamen, en Zijn Geest toestaan om alle zonden in ons leven bloot te leggen en te doden, dan zorgt de Heere er zelf voor dat wij ons verheugen. "God had hen in grote mate verblijd" (Nehemia 12:43). Hoe blijven wij in de vreugde van de Heere? We doen het op dezelfde manier waarop we Zijn vreugde in het begin hebben verkregen: ten eerste, we hebben Gods Woord lief, eren het en zijn hongerig om het te horen. Ten tweede bekeren we ons voortdurend. Ten derde scheiden we ons af van alle wereldse invloeden.